maandag 14 juli 2014

Weekend Huy en La Namuroise 11 - 13 juli 2014


Als ik vrijdag aankom in Huy is het droog, maar de voorspellingen zijn wisselvallig. Vanuit de kamer van hotel Sirius kijk ik uit over de maas op de koeltorens van de kerncentrale van Thiange. Mooi, maar omstreden staaltje techniek.


Ik kleed me om voor de eerste rit. Langs de noordkant maas gaat het richting Andenne, de startplaats van de rit van zaterdag. De diverse betonnen bunkers zijn de stille getuigen van het ooit strategische belang van de natuurlijke loop van de rivier de Maas. Het fietspad is gemaakt van betonplaten en loopt over de Maaskade, dwars door laad en los plaatsen. Oppassen om niet van de kade af te rijden en de diverse bolders te ontwijken. In Andenne ga ik de brug over en via de N90 terug. Stroomafwaarts dat loopt lekker, ik loop in op twee renners. Zij rijden in lange broek en jas, dat je dat nog aandoet bij 18 graden. We rijden kop over kop naar huy. Zij volgde verder de Maas richting Luik en ik kies ervoor de Mur de Huy op te zoeken. De vele pijlen en teksten 'Mur' en 'Huy' leiden je naar de plaats des onheils. Volle bak naar boven, de kapelletjes in de muur aftellend om boven bij het kerkje te eindigen. Ik zoek nog een andere route dan de standaard afdaling via de N66, maar vind die niet. Via de snelle afdaling op N66 keer ik terug naar Huy. Daar krijg ik een stekend insect tegen mijn hoofd au, vervelend, maar gebeurt vaker.
Thier de Huy volgende doelstelling. Rij deze eerst voorbij, maar keer om en sla de weg in. Eerste 20 meter is het asfalt erg slecht, daarna werd het beter. Halverwege vlakt het bij een huis iets af. Als ik voor het huis ben rent een zwarte bouvier de weg op. Deze springt voor mijn fiets en kijkt me aan. Ik kan alleen maar remmen en kom tot stilstand. Nu heb ik in een 15% plus klim niet mijn meest vriendelijke voorkomen, wellicht ziet de hond mij als een gevaar, stapt opzij en grijpt mijn pols. Een cannonade aan scheldwoorden komen uit mij voort. Uit drie gaten in mijn pols stulpt bloed. Pijn scheuten Wtf is dit ? Eerst komt kind het huis uit en die rent verschrikt weer naar binnen om pa en ma te halen. Ze nemen hun verantwoording en verzorgen me. Ontsmetten, verbandje erop, even bijkomen. Pa spreekt wat Nederlands en brengt me naar de eerste hulp van het hospitaal in Huy. Daar krijg ik nieuw verband en tetanusinjecties. De dokter meld dat ik nog twee keer terug moet bij de huisdokter voor herhaalinjecties en dat de penicilline opgemaakt moet worden.
Ik haal de medicijnen bij de apotheek en keer terug naar het hotel. Gelukkig zakt de pijn wat weg. Ik eet een pizza op een terrasje en loop een stukje door Huy. Ik besluit het Fort van Huy op te lopen. Een pad met allerhande bestrating, trappen van diverse makelij. Andere kant onverhard naar beneden met soms een trap. Goed voor de kuiten.


Op de terug weg naar het hotel sta ik even stil bij het indrukwekkende monument voor de gevallen soldaten.


Volgende morgen ontbijt is en als ik vertrek dan miezert het. Ik kies nu voor het fietspad richting Andenne aan de zuidkant van de Maas, parallel aan de N90. Het fietspad aan deze kant is beter dan die aan de noordkant. De hartslag is wel hoger dan gisteren, maar ook genezen kost energie. Na enige omzwermingen in Andenne kom ik aan bij de Andenne Arena. Ik had al besloten om niet de full-monty te rijden, maar ik wil wel een route die over de Citadel van Namen gaat. Een mooie combi van mijn liefde voor fietsen en militaire bouwwerken zal ik maar zeggen. De kortste versie die over de Citadel gaat is 130 km, de keuze was snel gemaakt. Als ik de route staat te bekijken op een grote kaart stapt iemand van de organisatie op me af en gaat de routes toelichten. Waar zijn de splitsingen en waar zijn de mooie plekjes. Wat een aangename service ! Na de uitleg vertrek ik. Eerste stuk is langs de Maas richting Namen. Vlak dus en ik sluit aan bij twee renners, waarvan een in granfondoteam.be tenue. Naïef als ik ben dacht ik dat ik er wel bij kon blijven tot de citadel. De droom duurde echter maar tot de eerste klim. Ik poogde nog om bij te blijven, maar dat ging ik niet volhouden. Ze reden vlot weg toen ik de brui eraan gaf en op eigen tempo verder ging. Iedere klim trakteerde de fietser op vergezichten, welke helaas door mist en miezer niet altijd zo goed te zien waren. Nog voor de citadel werd ik ingehaald door twee lokale renners. Die kon ik wel net bijhouden, maar nog voor de citadel raakte ik ze kwijt omdat ze net even later bij een spoorovergang aankwamen en deze net dichtging achter mij. Eenmaal de citadel over waren ze er weer. Nu reden ze zo hard dat ik er niet bij kon blijven. Het weer klaarde wat op en bij de eerste verzorging kon het hesje uit. De keuze bij deze verzorging was prima, maar bijzonder. Chips, chocolade, kaas en diverse cakes stonden naast bekende zaken als bananen en luikse wafels op het buffet. Zeg maar voor ieder wat wils.


De twee renners die mij los reden stonden er al en toen ik wegging waren ze nog steeds aan het kletsen. Ik vermoedde al een herhaling van zaken en zo geschiedde. Erop en erover gingen ze weer. Later zag ik ze weer op afstand en toen het echt naar beneden ging liep ik in. Aan het begin van de de vallei van de Molignée, een zijrivier van de Maas, groepeerden we en kop over kop ging het met 40+ richting de Maas. Daarna was ik er goed doorheen. Nog een stukje sleurde ik me mee, maar bij de eerste echte klim was het over en uit. Nu maar zien thuis te komen met de energie die er nog is. Ik word op de
Rue Haie aux Faulx klim getrakteerd op kasseien in de bochten. Gelukkig dalen we hier niet af, ze liggen er glad en ongelijk bij. Normaal is het stuiteren vervelend, maar met een door bouvierbek gemolesteerde pols zijn de stukken pijnlijk. Gelukkig zijn het korte stukjes en word het daarna weer asfalt op de rechte stukken. Ik begrijp de gedachte hiervan niet, hadden ze een asfaltmachine die niet de bocht om kon ofzo ?
De vergezichten continueerden en bij de tweede verzorging trof ik de twee renners weer en bedankte ze me op mijn beste Frans.
Nog een kilometer of dertig naar de finish, met die gedachte telde ik de kilometers af. Ik haalde zowaar nog best veel andere in en uiteindelijk bracht de laatste afdaling me terug in Andenne. Even bijkomen en weer richting het hotel. Ging niet vanzelf maar naar een tijdje licht dalend ronddraaien langs de Maas bedacht ik met om toch maar nog een klimmetje te doen wat ik eerder had gezien. De Vieux Thier, eigenlijk verboden in te rijden, maar toch gedaan. Veel steiler vind je ze niet zal ik maar zeggen. Het pepte wel de hoogtemeters op en via de afdaling van de N689 keer ik weer terug in hotel.

In de avond rij ik met de auto richting Luik. Ik eet daar een hamburger. Op de terugweg zie ik een kasteel op de rotsen, Chateau de Chokier. Ik zoek de weg naar boven op. Via een omweg kom ik bij het kasteel. De weg is onverhard, helaas dus niet voor de racefiets.


Ik vind nog wel een andere klim naar het plaatsje Stockay.
Volgende morgen na het ontbijt keer ik terug om deze klim met de fiets te doen. Thier de Riga heet ze en is 22% volgens het bordje. Gelukkig is het droog en niet glad. Ik sleep mezelf naar boven, de vermoeidheid is goed te merken in de benen. Als ik afdaal steek ik de Maas over en zoek wat klimwerk vanuit Thiange. Ik kom weer uit op Mont Mosan, alwaar ook de Muy de Huy op eindigd. Via de snelle afdaling van de N66 keer ik terug in Huy en besluit de klim van Thier de Huy af te maken. De hond blaft wel, maar is gelukkig niet los.
Als ik bovenkom en een afdaling zoek, is de weg geblokkeerd wegens een race evenement. Ik daal de Thier de Huy weer af, nu is het slechte asfalt pas echt goed merkbaar. Als laatste klim ik nog via de Rue des Larrons, eerst kasseien, daarna tussen de muren van de kerktuin door, de Mur op. Het toetje, de N66 afdaling is weer machtig. Na wat omzwervingen door Huy keer ik terug naar het hotel en vertrek daarna weer naar Nederland.
Ondanks de toetakelingen op vrijdag was het toch een mooi weekend. De La Namuroise is een mooie rit en voor herhaling vatbaar.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten